15 december 2020

Later als ik groot ben

“Later als ik groot ben” is een zin die zelfs bij mij als 42 jaar jonge (oude) vrouw nog wel eens door mijn hoofd schiet, om er dan tot mijn grote schrik achter te komen dat later nu is en ik al groot ben. Volwassen worden lijkt voor mij een soort ongoing proces, in ieder geval in mijn hoofd. Wat is volwassen worden eigenlijk? Wanneer ben je volwassen? En….hoe is dit voor een jongvolwassen student met een diagnose autisme?


Door Nynke van Angeren

Als woonbegeleidster in Jados Utrecht, begeleid ik samen met mijn collega’s studenten met een diagnose autisme naar een zo groot mogelijke zelfstandigheid. De woonbegeleiding is tijdelijk, voor wie dat nodig heeft. Studenten die bij ons komen wonen vinden de stap naar zelfstandig wonen, al dan niet met ambulante begeleiding, nog te groot. Waarom dit zo ervaren wordt, verschilt per student, al zijn er vaak ook overeenkomsten. Beter (leren) plannen en organiseren, praktische vaardigheden op het gebied van huishouden, het vergroten van een sociaal netwerk en een goede balans tussen in-en ontspanning zijn doelen die regelmatig voorkomen. Wanneer ik terug denk aan mijn eigen studenten tijd, had ik deze zaken nog zeker ook nog niet op orde. Hoe vaak ik toch een beroep heb gedaan op mijn ouders wanneer het ging om praktische vaardigheden, hoe eng ik studentenverenigingen vond (en vooral de ontgroening), hoe bang ik was geen vrienden te maken (is goed gekomen) en hoeveel nachten ik toch door heb moeten halen met leren voor een tentamen, omdat er toch iets niet helemaal goed was gegaan met die planning. En velen met mij. Wat is er dan toch misschien anders in de weg naar volwassen worden?

Student Thomas legt aan mij uit dat hij denkt dat studenten met autisme meer tijd nodig hebben dan anderen om nieuwe routines en vaardigheden eigen te maken en, er met een nieuwe studie en op jezelf wonen, er dan eigenlijk (te)veel tegelijk verandert. Student Sem is net 18 geworden. Voor hem is volwassen worden feitelijk: wanneer je 18 bent. En: wanneer je rekeningen kunt betalen en dingen kunt regelen, zoals verzekeringen. Eric, oud-student die inmiddels zelfstandig woont en ik ambulant begeleid, vindt het heel lastig wanneer hij hulp nodig heeft en hierom (moet) vragen. Met hem heb ik regelmatig gesprekken over zelfstandigheid, volwassen worden en of dit betekent dat je alles zelf moet kunnen, of dat dit betekent dat jij verantwoordelijkheid neemt en hulp vraagt waar nodig. Wat mij betreft het laatste.

Martine Delfos (biopsycholoog en wetenschappelijk onderzoeker) heeft veel gepubliceerd over kinderen met autisme en introduceerde het concept mentale leeftijden. Haar stelling is ook dat kinderen zonder autisme zich meestal eerst sociaal-emotioneel ontwikkelen en daarna cognitief, terwijl dat bij kinderen met autisme vaak andersom is. Iemand met een kalenderleeftijd van 17 jaar kan met betrekking tot hechting 9 maanden zijn, in zijn spelgedrag 3 jaar, op het gebied van wiskunde 25 jaar en met betrekking tot treinen het niveau hebben van een getrainde professional (Delfos 2017). Dit betekent voor mij als begeleider dat ik de student goed moet zien en samen in kaart moet brengen wat hij nodig heeft. Hierbij moet ik schakelen tussen leeftijden en alert zijn op onderschatting en overvraging.

Uiteindelijk gaat volwassen worden los van de feitelijke kalenderleeftijd, voornamelijk om weten wie je bent, waar je goed in bent en waar je minder goed in bent, zodat je ondersteuning kan vragen waar nodig. En dit accepteren.

Hopelijk kunnen wij dit de studenten zoveel mogelijk mee geven wanneer zij uitstromen. Zoveel mogelijk, want hoewel ik steeds dichterbij kom, ben ik hierin ook nog steeds onderweg naar volwassenheid. Tegeltjes wijsheid van mijn vader: je kan je beter niet frustreren over wat je niet kan veranderen, dat moet je accepteren en je weg in vinden. Ik doe mijn best, het lukt steeds beter.

 




Lees ook deze verhalen